Lees hier alle Crossing Borderverslagen:
- Woensdag 15-11-06: North Sea Jazz terug in Den Haag!
- Donderdag 16-11-06: Lekke tenten en literatuur
- Vrijdag 17-11-06: Geweldige muziek en vreemde dia’s
- Zaterdag 18-11-06: Oxfam/Novib/PEN-Awards
- Zaterdag 18-11-06 : De perfecte CB-avond
- Edwin Fagel: Wat wil het publiek? (column)
Woensdag 15-11-2006:
North Sea Jazz terug in Den Haag!
Als de band er tien minuten over doet om elk lid te laten soleren en de enige zwarte mensen in de zaal muzikanten zijn, weet je dat je op een jazzfestival bent beland. Geen paniek, gewoon even een witte wijn halen, deze door je lichaam heen naar de wc toe brengen en als je terug bent, is de band klaar met hun kennismakingsspelletje.
Tijdens de openingsavond van Crossing Border 2006 leek het woensdagavond wel of North Sea Jazz, na één Rotterdamse editie, terug was in Den Haag. Geen schrijvers nog deze avond, maar wel een Afro-blues-trommelaar, een blank swingjazz orkestje, een echte souldiva en drie zwarte mannen met baardenblues. Natuurlijk Lekan Babalola trommelt sfeervol een halve zaal bij elkaar en Cassandra Wilson zingt vervolgens prachtig de hele zaal vol. De trompettist van Rice4All zit zoals een trompettist hoort uitermate cool te trompetteren op de verhoging van zijn drummer en de drie mannen van The Holmes Brothers zijn helemaal ready to party, althans dat krassen de knarren de zaal in. Maar tot zover geen verrassingen, die komen allemaal uit Nederland zelf. Room Eleven creëert met Gilbert O’Sullivan-achtige kleding de sfeer van een oubollige swingorkestje. Ze ontstijgen deze pose echter door muzikale glansrollen van de pianist en de zangeres. Aan zangeres Janne Schraa tevens de eer om de eerste vraag over het literaire gehalte van dit festival te stellen: ‘Heeft er iemand een gedicht bij zich? Ik dacht misschien kunnen we nog iets Crossing Borderigs doen.’
Had ze de vraag in de hal gesteld, dan had ze positief antwoord gehad. Daar staat een nieuwe generatie rappers gewoon hun rhymes te doen, ten overstaande van een jong publiek, dat in de andere zalen ver te zoeken is. Wudstik doet een geweldig optreden waarin reggae, rap, rock, soul en jazz langskomen. Met zo’n stem en performance kan D’Angelo wel inpakken. Blaxtar komt later op de avond met ware poëzie (‘Wat komt harder aan/ een steen of een zandstorm’), maar hij vergeet ook het jazzpubliek niet: ‘Gooi je bier in de lucht! Sorry, ik bedoel natuurlijk uw witte wijn. Wasmachines genoeg, wasmachines genoeg!’ Zijn broertje – de avond vordert; we zijn ondertussen allemaal brotha’s en sista’s – Typhoon heeft zowaar een sax meegenomen, die goed past bij zijn rapmuziek. Hij stelt vraag twee aan het Crossing Borderpubliek dat achter in de zaal toekijkt hoe de capuchons en baseballcaps van de homies bouncen op de blokking beats van dj Kubus: ‘Hebben de literatuurliefhebbers het ook naar hun zin?’
De afsluitende Panjabi hit squad werpt vervolgens vijftien keer een verschillende versie van de hit ‘Mundian to Bach Ke’ de zaal in, terwijl de homies plaatsmaken voor de hindoes. Voor mij gaat het licht uit, of beter: ik draai, met beiden armen in de lucht, de peertjes uit de lampen.
Verder lezen op de Recensent:
Crossing Border 2005 - verslag
Crossing Border 2004 - verslag
Crossing Border 2003 - verslag