Het zal je kind maar zijn
Vrolijk naar de film zit er niet in bij deze vier recente films. In 50/50 vliegt de chemo om je oren en We need to talk about Kevin volgt de moeder van een ontspoorde tiener en in Carnage is de aanleiding ook een gevecht tussen tieners, maar loopt het bij de ouders ook snel tot een kookpunt. In King of Devil’s Island proberen gevangen kinderen aan het verschrikkelijke regime van hun bewakers te ontkomen.
50/50 – Jonathan Levine
Cast: Joseph Gordon-Levitt, Seth Rogen, Anna Kendrick; Release: 01-12-11
Je kunt een roze strikje dragen in oktober, je snor laten staan in november, maar als je in december de film 50/50 ziet, slaat de kanker je nog eens extra in het gezicht. Adam (Gordon-Levitt) is 27 als hij de diagnose te horen krijgt. Hij wil maar één ding: er van af. Maar dat zal niet zo makkelijk zijn, verzekert de dokter. Adam vertelt het niemand, maar zijn beste vriend, Kyle (Rogen), prikt daar zo door heen. Kyle leent hem zijn tondeuse om zijn kop kaal te scheren, voordat de chemotherapie dat bewerkstelligt. ‘Zeg, waarvoor gebruik je dit ding, zitten er soms nog schaamharen van je in?’ Onderbroekenlol tussen twee vrienden. Je moet er wel om lachen, want de grappen zijn goed, maar de ernst blijft aanwezig. Ook als Adam in therapie gaat bij Katherine (Kendrick) om om te leren gaan met zijn ziekte. De ongemakkelijke gesprekken passen in een romcom en het dreigt zelfs romantisch te worden. Zeker als Adam’s vriendin vertrekt omdat ze depri wordt van haar cancerboy. Films over ernstige ziekten zijn meestal melodramatisch, vaak ook ernstig, maar zelden daarnaast ook nog humoristisch. Bij het kijken naar 50/50 heb je 100% kans op tranen, al zijn ze lang niet allemaal van het huilen.
We need to talk about Kevin – Lynne Ramsay
Cast: Tilda Swinton, John C. Reilly, Ezra Miller; Release: 01-12-11
Lynne Ramsay maakte eerder Ratcatcher en Morvern Callar, films waar je niet vrolijk van wordt, wat niets zegt over de kwaliteit. Integendeel zelfs, beide films wonnen terecht diverse prijzen. Ook We need to talk about Kevin deed het goed in bijvoorbeeld Cannes en is wederom het tegenovergestelde van komisch. Kevin is een puber met een probleem en heeft iets heftigs op zijn school aangericht. De focus ligt op zijn moeder, een geweldige rol van Tilda Swinton, die na afloop van de heftige gebeurtenis terugblikt en probeert verder te leven. De film hanteert een apart soort spanning. Zo wordt er informatie achtergehouden en wordt pas stukje bij beetje duidelijk wat er precies gebeurd is. Maar de echte spanning van de film zit in de gevoelswereld van de moeder. Wat gaat er in haar om? Soms zie je dat door hoe ze op anderen reageert, maar meestal blijft het achter haar depressieve gelaat verborgen. We need to talk about Kevin is absoluut een afrader als u gezellig naar de bios wilt dezer dagen, maar wel een goede dramatische film.
Carnage – Roman Polanski
Cast: Jodie Foster, Kate Winslet, Christoph Waltz, John C. Reilly; Release: 08-12-11
John C. Reilly heeft het maar druk met al die ontspoorde tieners. In We need to talk about Kevin is hij als vader weinig aanwezig, maar in Carnage is hij een van de vier hoofdrolspelers naast Foster, Waltz en Winslet. Op een enkele scène na komen er geen andere acteurs in Carnage voor. Net zoals er maar één locatie (een huiskamer van het stel Reilly, Foster) in de film voorkomt. De enige uitzondering zijn de vechtscènes tussen het zoontje van Reilly en Foster en het zoontje van Waltz en Winslet. Met deze gegevens zou je zonder voorkennis ook kunnen raden dat Carnage eerst een toneelstuk was. Waltz en Winslet komen bij Reilly en Foster verhaal halen over de ruzie tussen hun zoontjes. Dat gaat van ongemakkelijk tot droogkomisch (gezeur over de formulering van een rapportage over de ruzie). Naarmate het gesprek langer duurt tussen de paren komt er meer irritatie naar boven, maar ook meer drank op tafel. Carnage is bij vlagen hilarisch, pijnlijk en vooral goed geacteerd. Wat dat laatste betreft, haalt de toneelmatige aanpak het beste uit de acteurs. Qua verhaallijn zitten er echter wat onwaarschijnlijkheden in de film. Meerdere malen krijg je het idee dat Waltz en Winslet op gaan stappen, maar wordt er een stupide voorval ingebracht om het verhaal op gang te houden. Dat is jammer van een verder mooie acteursfilm.
King of Devil’s Island – Marius Holst
Cast: Stellan Skarsgard, Benjamin Helstad; Release: 08-12-11
Op het Rotterdamse filmfestival scoorde deze film achter Incendies en Biutiful op de derde plaats in de publiekspoll. En op het Leidse filmfestival won King of Devil’s Island de poll. Het opvallende daaraan is dat het om film gaat waar je zeker niet vrolijk van wordt. Nu gaat het bij deze Noorse film ook nog eens om een waar gebeurd verhaal, waardoor je nog depressiever de film ondergaat. De King in de titel slaat op Erling, een 17-jarige jongen die op Bastoy (Devil’s Island) aankomt, een eiland bij Noorwegen dat begin vorige eeuw als kindergevangenis werd gebruikt. Alle jongens worden fysiek en geestelijk mishandeld door de bewakers en leiding (Skarsgard speelt de directeur). Erling is vast besloten om te ontsnappen en onderneemt, samen met anderen, meerdere pogingen. King is een recht-toe-recht-aan verteld drama dat er prachtig (zij het kil) uitziet met veel grauwe kleuren. De kracht van de film zit in het gemak waarmee je mee gaat leven met de jongens en de heftige omstandigheden waartegen ze moeten opboksen.
In de vorige edities van FILM 2011:
47: The Strange Case of Angelica IFFR