Artiest: Natalie Merchant Titel: The House Carpenter's Daughter Label: Myth America / Munich Datum bespreking: 23-11-03 |
11: Natalie's nasale roots
Natalie Merchant zong van 1981 tot 1993 in de 10.000 Maniacs. De groep die het voor elkaar kreeg om folk-rock weer populair te maken en bekend stond als vrouwelijke tegenhanger van REM. Merchant maakt om de paar jaar een solo-plaat, waarvan vooral Wonderland (1995) en Ophelia (1998) commercieel en kwalitatief succesvol waren. Op haar voorlaatste, Motherland (2001) borduurde ze wel heel nadrukkelijk voort op haar oude repertoire. Maar Natalie is terug en wel met nog veel ouder materiaal. Robinson gaat graag met Natalie mee terug naar haar roots. Verfrissende ouwe folk Het zat er natuurlijk aan te komen. Alle grote singer-songwriters maken eens de stap tot de traditionele folk-plaat. Dylan deed het zelfs meerdere malen. Na haar tegenvallende laatste plaat, klinken deze oude deuntjes meer dan verfrissend. Heerlijk om de Natalie Merchant eens opgewekte folkies te horen vertolken. Niet verrassend en al helemaal niet vernieuwend, maar verfrissend is het sleutelwoord voor The carpenter’s daughter. Vernieuwing : 12/25 Sit-down & up-tempo folk Toch begint de plaat zoals we Natalie kennen. De rust die ze al veelvuldig etaleerde op haar solo-platen kenmerkt de eerste songs. Door haar nasale, zalvende, vaak lage en soms hoge stem luister ik zelfs als ze een boodschappenlijst op haar repertoire zet. Ze covert collega-muzikanten The Horseflies met hun ode aan de vrouwen van de wereld, Sally Ann, waarin een huilende viool de toon zet. Een echte classic is Crazy Man Michael van Fairport Convention (geschreven door Richard Thompson voor ‘de beste folkplaat allertijden’ Liege & lief uit 1969) waarbij ik zonder twijfel vloek in de folk-kerk; Natalie zingt mooier dan Sandy Denny. De titelsong, House carpenter, is een gedreven banjo-tokkeltune, maar echt los gaat Natalie in de vrolijke cajunsong Down on Penny’s farm en in het Carter-family folkdeuntje Bury me deep under the weeping willow. Dit alles perfect met relaxte flair gespeeld, zonder een centje pijn. |
Muzikale vorm: 23/25 Poor folks Die pijn komt wel als je naar de teksten luistert. Zelfs de up-tempo songs gaan over the hard times en de dood. Traditionele folkliedjes gaan nu eenmaal over het boerenleven, over de dorpsgek, over die vreemdeling die kwam aanwaaien (Wayfairing stranger) en natuurlijk over de dochter van de kleermaker. Mooie verhaaltjes, rijmpjes en treurige gebeden (Weeping pilgrim), die op oudbakken wijze worden verteld. Al klinkt zo’n oud vakbondslied Which side are you on? (uit de 40er jaren) een stuk steviger dan alle hedendaagse FNV-makkers bij elkaar: ‘Don’t scab for the bosses / Don’t listen to their lies / Poor folks ain’t got a change / unless they organize’. Diver boy is de song die er tekstueel het meeste uitspringt. Hierin verhaalt bardochter Emily over een mooie zeeman die door haar vader beroofd en door haar broer vermoord wordt, nog voor ze er samen vandoor konden gaan. Arme Emily, zelfs de bomen op de heuvels buigen van treurnis. Inhoud: 15/25 Goodnight folks Al verlegt The house carpenter’s daughter nergens de grenzen van de muziek en valt er inhoudelijk niet uitermate veel te halen, het klinkt voortreffelijk. In de beste traditie van de traditionele folkplaten stelde Natalie Merchant een mooie collectie samen. Maar een enkele song (Owensboro) valt wat tegen. Het materiaal is afwisselend en vooral; het legt de roots bloot van Merchant’s eerdere muziek. Je hoort de overeenkomsten, maar je hoort vooral het verschil in aanpak. Waar haar eigen werk wat dreigde te verzanden in te lang uitgesponnen perfectionistische songs, frist ze hier de boel op met deze oude tunes. Robinson mag niet klagen en voegt weer een fraaie nasale stem aan zijn collectie toe. De mooiste stem om door in slaap gezongen te worden. Hits & missers-balans: 23/25 De kans dat Natalie Merchant mijn eilandgast wordt, is: 73/100
Robinson’s collectie tot nu toe 01. 78% Dayna Kurtz Postcards from downtown |
Niets van deze pagina's mag worden overgenomen zonder uitdrukkelijke toestemming van de auteur. copyright © de Recensent 2000-2004 |