Volksvermaak nieuwe stijl |
Evenement: Folkfestival Dranouter, the new tradition Plaats en datum: Dranouter 01/02/03-08-2003 Datum bespreking: 12-08-2003 |
Het was alweer enige jaren geleden dat ondergetekende voor het laatst een meerdaags festival bezocht. Lekker drie dagen bandjes kijken, dacht ik vooraf. Bijkomende zaken als: het gewicht van een rugzak, nachten van vijf maximaal zes uur slaap, je gevoeg doen op wankelende ‘Dixies’ en jezelf wassen met vijftig man om je heen, het was me allemaal ontschoten. En dat is maar goed ook. Want na drie dagen Dranouter Folkfestival in Dranouter/Heuvelland kom je toch weer met een overwegend positief gevoel naar huis.
Mijn belabberde geografische inzicht wordt na ons vertrek flink op de proef gesteld. Na een uur of drie verwacht ik al de nokken van de festivaltent in het vizier te krijgen, maar bij navraag treinen we dan nog maar koud in België. Pas na een vergelijkbare periode stuurt een roekeloze chauffeur ons met de laatste pendelbus het festivalterrein op. Door een groepje toevallig aanwezige veiligheidsmensen worden wij naar een rustig plekje gedirigeerd en prikken onze tent met een grond oppervlakte van 3 m² op een grassen matje van 2 bij 1. Geniale inval Zaterdagmiddag keren we terug naar de kleine tent. Aldaar bij Groot Onderhoud neergezeten. De woordspeling ligt voor de hand, maar ik kan niet anders zeggen: een groots onderhoud. Aan de hand van de wereldgeschiedenis zitten deze muzikanten een aantal prettig pure folkmomenten voor met puike Nederlandstalige teksten. Na afloop haasten wij ons naar de grote tent om maar niets van het concert van Linda Thompson te hoeven missen. Op het podium vinden wij een boze jongedame in het eenzame gezelschap van een akoestische gitaar. Wij luisteren, wij klappen onze handen kapot en roepen na ieder nummer zo lang bis dat we vermanend worden aangekeken door de mensen naast ons. Ik pak de festivalkrant er nog eens bij. De bode rept over een grootse folklegende, waar ik niet van op kijk, al kan ik de bijgevoegde foto niet helemaal plaatsen bij hetgeen ik op de bühne zie. Dan zegt Linda: "for the folks who came in later: I have not dyed my hair, I’m Dayna Kurtz." Stiekem klappen wij voor Dayna Kurtz nog harder dan voor Linda Thompson, al was het maar om het feit dat Kurtz geen gelauwerd artieste is maar een debutante. Kurtz klinkt zo getergd dat je haar nauwelijks in de ogen durft te kijken (wat kan omdat de zaal vrijwel leeg is (waar was iedereen?)), maar daardoor legt ze zoveel passie in haar spel dat ons letterlijk het kippenvel op de armen staat (wat een hele prestatie is bij 30+ graden, me dunkt). 3x BAM, 2x Beth ’s Avonds komen we op weg naar het concert van Beth Orton langs een open podium waar een groepje Neanderthalers met knoken op oliedrums staat te meppen. Even kijken. BAM is hilarisch. Zelfs de grote anticipatie die van het publiek wordt gevraagd - wat ik over het algemeen nogal een zwaktebod vind – is niet storend. De act beschrijven is niet te doen, die moet je gewoon gezien hebben. Wat wij iets te enthousiast deden en zo de openingsliedjes van Beth Orton misten. |
Of het aan de mentaliteit van de Belgen ligt of dat er twee grote beeldschermen aan de zijkanten van het podium zijn bevestigd, is me onduidelijk, maar tot mijn grote verbazing zigzaggen we binnen de minuut tot vlakbij de dranghekken. Beth speelt vrijwel alleen nieuwe liedjes maar die zijn zonder uitzondering van hoge kwaliteit, evenals de wijze waarop ze gebracht worden. Applaus voor de technicus Nog enigszins verdwaasd door de zon, die alweer in intensiteit is toegenomen, zitten we even na het middaguur alweer in de grote tent, alwaar een band genaamd Berrogüetto haar instrumenten staat op te stellen. Na de soundcheck is de technicus zo vriendelijk om een opname van het concert van Beth Orton op te zetten. Nu, met de muziek op halve sterkte, mijn gedachten op oneindig en mijn blik in de nok van de tent, lijkt het wel alsof ik pas echt de schoonheid van haar liedjes doorgrond. Beth’s breekbare liedjes lijken die relaxte omgeving te prefereren. Maar wat een stem heeft die vrouw toch en wat een heerlijk hechte begeleidingsband. De thermometer wijst dan 34 graden aan. Helaas heeft de organisatie vandaag de diverse kraantjes op de festivalweide weggehaald in verband met de modderpoelen die er rondom heen zijn ontstaan. Wij zoeken onze toevlucht tot de bij de concerten uitgedeelde waterzakjes. Maar lieve god, dan toch maar liever op de afdeling E.H.B.O., naast de tientallen andere uitgedroogden, terecht komen dan dit bocht door je slokdarm laten glijden. Op de weg terug naar de camping is de redding nabij: hier staat de plaatselijke brandweer met de brandslang in de hand en een minstens zo lange zonnesteek in het hoofd. Alles en iedereen moet het ontgelden. Heerlijk! This is not Antartica! En aldus weer fris terug naar de weide. Naar de Dolfijntjes om precies te zijn. Van verschillende Vlaamse festivalgangers hadden we reeds de wijze raad gekregen om deze band te gaan zien. Zo gezegd zo gedaan. Zo gezegd zo gehoord, liever gezegd, want meer dan een bos ruggen heb ik niet gezien. Wat zijn die mannen populair hier (daar). Geen idee hoe de dolfijnen er uit zien, maar aanstekelijke liedjes spelen kunnen ze. Diverse Vlaamse en wereldklassiekers worden door de mangel gehaald. Soms mooi en gezellig, maar soms ook flauw en erg melig. Maar met de verhaspelde Pat Metheny/David Bowie uitspraak had zanger Wim Opbrouk toch maar mooi een van de wijste opmerkingen van die dag op zak: This is not Antartica! Hoewel de Dranouter versterkers dan nog uren zullen snorren, moeten wij de aftocht blazen in verband met de maandagse verplichtingen. Beth Gibbons gaat derhalve nogmaals aan onze neuzen voorbij. Evenals de rest van het prachtige zondagavondaffiche waaronder: Wannes van de Velde, Arno en de Afro Celts. |
Niets van deze pagina's mag worden overgenomen zonder uitdrukkelijke toestemming van de auteur. copyright © de Recensent 2000-2002 |