12. Leuk, maar langdradig

Simon, de zevende speelfilm van Eddy Terstall (40), won vorig jaar vier Gouden Kalveren. Het publiekssucces is nu uit op dvd, tijd om uit te vissen waarom iedereen toch massaal plat ging voor deze nieuwe Terstall. Is het de typisch Amsterdamse humor, de sterke cast of toch het onderwerp: ziekte en dood zoals die door Nederlanders worden beleefd?

Dat humor een van de belangrijkste pijlers van de film is, mag duidelijk zijn: Simon (Cees Geel), type ruwe bolster met gouden hart, is bijzonder grappig. Zijn absurdistische scheldkanonnades zijn met overduidelijk plezier door Terstall neergepend en Cees van Geel spuugt alle politiek-incorrecte woordspelingen er met evenveel liefde uit. De onverwachte vriendschap tussen de homoseksuele Camiel en de drugsdealende, homofobe Simon is een typische Terstall-wending die de film interessant maakt.

De cast is de tweede belangrijke pijler die Simon stut. Vooral Cees Geel en Rifka Lodeizen (Simons vriendin) zijn fantastisch als lowlifes; nog niet eerder zulke keurige acteurs zo overtuigend de aso zien spelen. En dan is er natuurlijk nog Marcel Hensema als Camiel: hij overtuigt als het schuchtere studentje dat Simon in 1988 ontmoet, én als de succesvolle tandarts, die veertien jaar later zijn homobestaan op nogal voorspelbare wijze botviert.

Het script valt echter wat tegen: pas na een heel lange inleiding in Amsterdam en Thailand, wordt het werkelijke onderwerp van de film geïntroduceerd: hoe er in Nederland met ziekte en dood wordt omgegaan. Na een <>falling out in 1988 komen Camiel en Simon elkaar in 2002 onverwachts tegen en terwijl Camiel op het punt staat te trouwen met zijn vriend, blijkt dat Simon kanker heeft.

Op zoek naar een arts met ‘gevoel voor tumor’ krijgt Simon al snel te horen dat er niet veel hoop meer is. Hij besluit het heft in eigen handen te nemen en kiest een datum voor zijn euthanasie: dan neemt hij, omringd door vrienden en ondersteund door Camiel, die dan ineens zijn beste vriend weer is, afscheid. De manier waarop naar deze apotheose wordt toegewerkt is nogal langdradig en afstandelijk. Er vallen weinig tranen, de merkwaardige verzameling vrienden en kinderen staat wat apathisch naast het bed en voordat de laatste zucht klinkt, gaat het beeld op zwart.

In een interview voor Volkskrant Magazine liet Terstall weten de slotscène van Simon in werkelijkheid te hebben meegemaakt. Een vriendin van hem stierf dankzij euthanasie in bijzijn van al haar vrienden en kon hen nog zeggen wat ze te zeggen had. Misschien dat Terstall het al te makkelijke tranen trekken wilde vermijden, misschien is hij niet het type voor loodzware drama’s, maar het scheert nu allemaal zo langs de oppervlakte, dat de film mij tenminste weinig meer deed. Dat is ook het risico van humor: het werkt lekker relativerend, maar leidt ook af. Over euthanasie zijn recentelijk in het buitenland heel wat betere en meer aangrijpende films gemaakt, zoals Million Dollar Baby en The Event.

Irene Start