Het leukste aan muziek is de verrassing. Die komt meestal van nieuwe jonge artiesten of onbekende bandjes. Soms echter weet een gevestigde naam, of een bijna vergeten artiest ook nog voor een verrassing te zorgen. Zowel de voormalige glamrockdiscogroep Goldfrapp als de belegen americanazangeres Sheryl Crow hebben een nieuw album uit, waar ik niet nieuwsgierig naar was. Tot ik alsnog ging luisteren…
Goldfrapp – Seventh Tree
Ik had Goldfrapp eigenlijk al een beetje afgeschreven. De band rondom zangeres Alison Goldfrapp heeft drie behoorlijke albums gemaakt, maar bleef in mijn oren toch een beetje een slappe Moloko-kloon. De band begon met ambient of triphop en ging over naar de disco-glamrock, waarbij zelfs Madonna inspiratie kwam halen. Maar wat hoor ik nu op hun vierde album Seventh Tree? Madonna? Moloko? Triphop? Nee, niets van dat alles. Goldfrapp blijkt kameleonistische trekjes te hebben. De band klinkt nu als geperfectioneerde opvolger van The Cocteau Twins. De zweverige doomband uit de jaren ’80 met de hoge vocalen van Elizabeth Fraser, die vooral in een zelfverzonnen taaltje zong.
Goldfrapp houdt het bij gewoon verstaanbaar Engels. De dromerige melodieën en fluisterende vocalen doen in alles aan The Cocteau Twins denken. Het Goldfrapp-element dat ze eraan toevoegen is dat ze er meer mainstream pop van maken, door de strakkere songstructuren en de nadrukkelijker aanwezige beats. Het levert prachtige songs op.
Met andere woorden: Dankzij deze mooie plaat ben ik weer terug bij Goldfrapp. Ik ga nog niet zover dat ik hun oude albums ook weer draai. Maar de lp’s van Cocteau staan al wel weer naast de platenspeler.
Sheryl Crow – Detours
‘God bless this mess’ begint Sheryl Crow haar zesde album. Geen idee of het over haar persoonlijke problemen van de afgelopen jaren (breakup met wielrenner Lance Armstrong, diagnose en overwinning van borstkanker) gaat. Het is in ieder geval moeilijk om naar dit album te luisteren zonder die linken te leggen. Niet dat Crow enkel persoonlijke songs schrijft. Vaak genoeg gaat het over het klimaatprobleem of over de politiek en in het bijzonder die van George Bush. Tussen al het persoonlijke en het politieke door, doet Crow iets wat ik lange tijd bij haar gemist heb. Ze maakt opgewekte perfecte radiomuziek. ‘Gasoline’ (dat in scherpzinnige regels een duister toekomstbeeld schetst over het jaar 2017) begint met een praatzing-gedeelte, waarna een vrolijke rocksong losbarst. We hebben het eerder gehoord, maar dat was toch al in 1994, in haar doorbraakhit ‘All I wanna do.’ Ze doet het weer en het klinkt wederom erg vrolijk. ‘Love is free’ gaat over de mensen van New Orleans na de watersnoodramp en vooral over hun mentaliteit. Ondanks het onderwerp, of misschien wel dankzij het onderwerp (New Orleans is tenslotte een stad van vrolijke muziek) maakt Crow er een feelgood-rocker van. Kortom: Crow is terug met haar beste album sinds haar debuut Tuesday night music club uit 1994.
Eerdere Chicksingerafleveringen vindt u hier.