• Evenement: Crossing Border
  • Data: 12-17/11/15
  • Vrijdag 13-11-15
  • Datum bespreking: 14 November 2015

Magie als wapen


Een stuk schrijven over een avond uit, over bandjes kijken, naar schrijvers luisteren, met vrienden praten, voelt vreemd omdat het over gisteren gaat. Over vrijdag de dertiende. Want thuiskomend van een prima tweede Crossing Border-avond, vertelde de radio over de aanslagen in Parijs. Over mensen die een avond uitgingen, een bandje gingen kijken, met vrienden praten…

Terug naar de Koninklijke Schouwburg vrijdagavond vroeg. Naar de avond vol muziek en verhalen. Een avond die begon met twee landschapsschrijvers: Annelies Verbeke en Kevin Barry. De kleine caféruimte zit goed vol als ze geïnterviewd worden over hun meest recente romans. Althans, die boeken waren de aanleiding en ze kwamen zeker ter sprake, maar zoals dat met gesprekken soms gaat, wordt de aanleiding soms vergeten. Zo spraken Verbeke en Barry voornamelijk over fictieve landschappen en over het schrijven van korte verhalen. Kevin Barry heeft voor aspirant schrijvers nog wel een tip, of misschien is het een waarschuwing: ‘writing short stories is like walking a tight rope, each sentence must be a balanced step.’

Bij Bewilder staat de zaal goed vol. De gitaarband van Maurits Westerik (voorheen GEM) speelt americana, in de traditie van Jayhawks en Wilco. Zeker als de samenzang en het experiment gezocht wordt, zijn ze goed bezig. Bovenal heeft Westerik een erg fijne stem. Ook de bovenzaal is tot de deur gevuld en dat voor de drie psychedelische hippies van Babe Rainbow. Ik heb niet kunnen controleren of de band uit Canada hun hele set voor een volle zaal heeft gestaan, dat komt omdat ik het na twee liedjes al zat was, door naar de grote zaal waar Henk van Straten voorleest uit zijn roman Bidden en vallen. Aangezien er toch bijna niemand in de zaal zat, had Van Straten gekozen om een heerlijk plastisch stukje voor te dragen. Zo waren de aanwezigen er getuigen van dat Van Straten’s personage zijn half-erecte lul tussen de lippen van zijn vrouwelijke bijfiguur propte – de Koninklijke Schouwburg zuchtte.

De grote zaal die vervolgens ook niet als vanzelf volliep voor Frans van Deursen en later voor Jonathan Jeremiah. Wat betreft Jeremiah is dat wel vreemd; hij staat groot op de festivalposter, scoort ook met zijn albums wel goed en er is niets aan te merken op zijn optreden. Misschien is dat ook wel het probleem bij Jeremiah: zijn stem is goed, zijn band speelt lekker, zijn liedjes kun je je niet aan ergeren – juist het feit dat hij prima, maar ongevaarlijke muziek maakt, maakt het optreden suf. Prima voor in de diner-playlist voor als je schoonouders komen eten, maar live gebeurt er te weinig.

Het gevaar hoef je ook niet in de zaal genaamd Heartbreak Hotel (volgeboekt!) te zoeken. Zowel het Dylan-programma als het duo JW Roy & Leon Verdonschot is een trip down memory lane voor oudere muziekliefhebbers. Zeker de afwisseling in beide programma’s maakt het leuk. Diverse dichters en muzikanten lieten zich inspireren door Dylan, waarna Americana-zanger JW Roy zingt uit zijn roadtrip-album. Tussen zijn songs door mag Leon Verdonschot verhalen over het leven tussen road en rock&roll. Na een mislukte toegift (JW Roy wist de teksten niet meer van één van z’n ouwe liedjes), sluit de band mooi akoestisch af met de geweldige gitarist Cok van Vuuren op mandoline.

Ondertussen speelt zangeres Samantha Crain langzaam de benedenzaal voller. Met een prachtige stem, fijne folksongs en een goeie band. Bovenal is ze grappig tussen de liedjes door, heeft ze plezier met haar band, dat overslaat op het publiek, wat bij de up-tempo songs her en der op dansen overgaat. Het dansen dat stopt, maar de aandacht verscherpt als ze zonder bandleden de ballad ‘Elk City’ speelt.

Ik kan komen met kritische noten over deze CB-avond, ik kan artiesten ophemelen en verhalen navertellen – ik kan het zelfs over artiesten hebben die het gevaar missen in hun optreden. Maar eenmaal thuis, met het nieuws op de radio, kan ik het gevaar altijd missen. En met bijeenkomen om te genieten van muziek en verhalen gaan we nog even door. Vanavond bijvoorbeeld op Crossing Border.

Ricco van Nierop

‘Maar is het literatuur?’ dacht ik terwijl interviewer Jasper Henderson zijn gesprek met Matt Haig en Erik Jan Harmens afrondde.

Het was zonder twijfel een heel mooi gesprek. Henderson trof de juiste toon om op een goede manier te praten over de zware onderwerpen die de respectievelijke boeken behandelen. Reasons to stay alive van Haig gaat over depressie en Hallo muur van Harmens over alcoholisme. Er werden sterke passages voorgelezen en rake dingen gezegd. Haig: ‘People always ask: what are you depressed about? They never ask: what do you have cancer about?’

Toegegeven, de vraag die ik me stelde is een beetje zeurderig en op geen enkele manier relevant. Of jawel , op één, heel specifieke manier – en daar ging het me om. Ik bedoel in deze vraag met het woord ‘literatuur’ een bepaald soort magie.

Sorry, ik ben vaag. Ik bedoel: je kunt een boek over depressie schrijven, en daarmee bied je – stel ik me voor - veel mensen een praktisch handvat. Het is een wapen tegen de ellende. Literatuur, poëzie, kunst, valt hetzelfde (ik bedoel: ellende, pijn, dood) vanaf de andere kant aan: via de magie. (ik bedoel: leven, liefde, verbeelding). Die magie is uiteindelijk net zo belangrijk als zuurstof.

Ik ben geen heel praktisch persoon dus ik kies voor de magie als mijn wapen.

Het gesprek met de twee schrijvers resoneerde nog in mijn hoofd toen ik de trappen naar de Heaven opliep, waar Shilpa Ray bezig was aan haar optreden. Daar gebeurde het. Ray zong, schmierde, gilde, schreeuwde met haar prachtige, lage stem de liedjes van haar sterke cd Last year’s savage. Haar overgave ontroerde me. Magie.

Ongeveer op dat moment, bleek later, ontplofte de eerste bom in Parijs.

Ik kies voor de magie als mijn wapen.

Edwin Fagel