Chapeau Japin! |
Met zijn Een schitterend gebrek heeft Japin een van die zeldzame boeken geschreven waar je in het begin al weemoedig wordt bij de gedachte aan die laatste bladzijde. Heerlijk, die uitgelezen zoete pijn. Kijk daarom niet vreemd op als je het boek meermaals tot je zult nemen. Bijkomend voordeel daarvan is: je bent goed voorbereid op de vele discussies die dit boek uitlokt. Met name de ware moraalridders zullen een zware kluif hebben aan het bestrijden van de leugenachtige bestwil waarmee dit boek doordrenkt is. Succes! Een schitterend gebrek speelt in de 18e eeuw en is het verhaal van de Italiaanse Lucia. Zij blikt terug op haar leven en de vele obstakels die zij moest overwinnen. Leitmotiv van dit levensverhaal is de grote liefde die zij op haar vijftiende deelde met Casanova. Ze waren gelukkig, ze zouden trouwen. Wanneer Casanova op pad is om de laatste zaken voor hun huwelijk te regelen, slaat het noodlot toe. Een onschuldige kus van haar leermeester Pompignac – appel der kennis – besmet Lucia met het zeer dodelijke pokkenvirus. Ze ontsnapt ternauwernood aan de dood. Echter, de prijs hiervoor is hoog. Haar voorheen zo schone gezicht is veranderd in een pokdalig slagveld. Een huwelijk met Casanova, die zich in een elitair c.q. intolerant milieu begeeft, zou het einde betekenen van zijn veelbelovende carričre. Lucia neemt dan ook het heft in eigen handen en wacht de terugkomst van haar geliefde niet af. Zij vlucht uit het paradijs van haar jeugd. Casanova krijgt vervolgens bij terugkomst door Lucia voorgekauwde leugens te horen: ze zou er met een ander vandoor zijn. Deze trieste geschiedenis mist zijn uitwerking niet op het verloop van beider levens. Wat als eerste opvalt is het eenvoudige, doch elegant getimmerde, kruis, waaraan Japin zijn verhaal heeft opgehangen. De bestandsdelen van dit kruis – gevoel, verstand en de strijd hiertussen – komen helder terug in de verschillende delen van het boek. Tevens weet Japin op grootmeesterlijke wijze de spanning op te bouwen. Hij plaatst eerst de stukken in het verhaal, om deze vervolgens beheerst en geduldig te laten wachten tot het de beurt is om te slaan of geslagen te worden. Dit resulteert in een spanningsboog die tot vlak voor het eind stand weet te houden. De wijze waarop Japin zijn hoofdpersonages tot leven weet te wekken is een andere smaakmaker. Voor een belangrijk deel is dit op conto te schrijven van de zeer scherpe discussies die Lucia en Casanova met elkaar voeren over de liefde. Deze verbale schaakpartijen zijn een groot genot. Met name omdat Casanova, rationeel romanticus, en Lucia, romantisch rationaliste, hierbij sterk aan elkaar gewaagd zijn en zodoende tot verrassende inzichten komen. Deze discussies, aangevuld met de uitgebreide beschrijving van Lucia’s en Casanova’s levensgeschiedenis, geven je een cruciale doorkijk op het mechaniek van beider denken en handelen. Een oplettend lezer zal hierdoor de gedragingen van Lucia en Casanova zelfs in de meer extreme gevallen kunnen duiden. Toch lukt het Japin niet om dit consequent vol te houden. Aan het eind van het verhaal probeert Lucia zich meer en meer te ontworstelen aan de liefde die zij nog steeds voelt voor Casanova. Zij stort zich hierbij vol overgave op de woorden die hij spreekt, bezeten op zoek naar alles wat negatief geduid kan worden. De schaarse fouten die dit oplevert zijn echter niet in overeenstemming met eerdere gedragingen van Casanova. Ze komen gemaakt en gezocht over. Het pad naar die uiteindelijke onthechting is op zijn minst dubieus te noemen. Waar Japin in de rest van het boek zijn personages laat handelen in overstemming met hun karakter lijkt het erop dat hij op het laatst toch nog even snel het stuur overneemt. Want laten we wel wezen, met dit einde verwordt Lucia tot een karikatuur van zichzelf, een titanium robot met Teflon™ coating en dito emoties. Dat is zonde, doodzonde. Het zou een boek over de liefde sieren, als daarin meer ruimte was geweest voor irrationele, rauwe emoties. Voor pijn. Voor woede, haat en wat dies meer zij. In plaats van deze te smoren in een overdaad aan ‘wijsheid’. En waarom, Japin? Waarom zijn jij en Lucia voor het zingen de kerk uitgeslopen? Waarom gunde je het boek niet die scherpe randjes? Waarom die repeterende leugens? Waarom geen eindstrijd met open vizier? Zag je die patstelling dan echt niet aankomen? Je zou bijna gaan denken dat Japin zélf bezweken is onder de eerder geroemde spanningsboog. De opbouw van het boek, in combinatie met de minimale ruimte die de emotie op het laatst nog was toegedicht, maakte de ruimte om te manoeuvreren te klein. Een klapper is uitgesloten, de anticlimax roert zich, het verhaal sist en een potentieel klassieker krijgt niet de Gordiaanse ontknoping die het verdiende. Moet nu dus geconcludeerd worden dat Japin een lelijk boek heeft geschreven? Dat dit boek geheel ten onrechte de Libris Literatuur prijs 2004 heeft ontvangen? Nee. Dit zou ook geen recht doen aan het lef dat Japin heeft getoond door dit boek te schrijven. Immers een boek over de liefde met als lijdend voorwerp Casanova – vermaard grootmeester der liefde – dat vergt nogal wat. Zeker als de auteur in kwestie Hollander is. Nou niet echt een volkje dat bekend staat om passionele uitspattingen. En uiteindelijk heeft Japin ondanks dit schitterend gebrek de woorden op voortreffelijke wijze op een rijtje weten te zetten. Toch is dit positief eindoordeel me niet gemakkelijk gevallen. Een felle strijd tussen hoofd en hart is voorafgegaan. Er zijn wat schoonheidfoutjes, er zijn wat haperingen. Maar een boek als dit, dat de lezer vanaf het begin doordrenkt met nostalgie, een boek als dit dat je zodanig bij de strot grijpt dat je er over praten wilt, in vreemde kroegen met vreemde mensen. Een boek, zo vol van ‘je ne sais quoi’ daar mag enkel het gevoel over oordelen. Vandaar mijn welgemeend chapeau, Japin! Viktor Wijnen |