Coetzee's secretaresse

De nieuwe Coetzee is geen roman. Deze waarschuwing behoort het eerste te zijn dat deze voorlezer u meldt. U heeft er recht op als trouwe Coetzee-lezer. En de Recensent zou de Recensent niet zijn als we u met een kluitje in het riet zouden sturen om een kat in de zak te kopen, een knol in plaats van een citroen, of in dit geval een fictieve essaybundel in plaats van een roman. Nee, de nieuwe Coetzee is geen roman.

Ik was niet gewaarschuwd en dus behoorlijk teleurgesteld. Na enkele bladzijden herkende ik de hoofdpersoon Elizabeth Costello uit Dierenleven van enkele jaren terug. Niets mis met dit boekje waarin de hoofdpersoon lezingen houdt over dierenleed en vegetarisme. Door deze essays in te lijsten in een verhaal over de schrijfster vond Coetzee een originele methode om de vaak filosofische teksten te presenteren. Vooral de twijfels van Costello over haar voordrachten, maakten het boekje de moeite waard. Maar om met dit procédé nu een heel boek vullen, is misschien wat overdadig.

Elizabeth Costello reist nog steeds over de gehele wereld en spreekt over het kwaad, het realisme en de roman in Afrika. Coetzee gebruikt dezelfde methode als in Dierenleven. Elizabeth bereidt zich voor, reist naar de betreffende universiteit, ontmoet mensen, twijfelt over haar standpunten en houdt haar lezing. Waarna ze een lauw applaus ontvangt en kritiek die ze niet goed kan tegenspreken.
Zo opgesomd klinkt het wat flauw, maar gelukkig neemt Coetzee zijn goede schrijfstijl mee. Echt sterk is het laatste apocalyptische laatste hoofdstuk. Hierin komen alle twijfels en overdenkingen van Elizabeth op indringende wijze terug. Ze bevindt zich voor de hemelpoort in een Italiaans stadje en moet zich verantwoorden voordat ze de poort door mag. Vooral de lezing die haar zus, missiezuster in Afrika, over de mens en geloof houdt, krijgt zijn weerslag in Elizabeth’s hernieuwde realiteit. Om binnen te komen moet ze een verklaring schrijven en voordragen voor een strenge jury. Ze stelt zich voor als de beroemde schrijfster, maar wordt niet herkend. Vervolgens noemt ze zich ‘secretaresse van het onzichtbare’ en meldt dat ze zich om beroepsredenen niet kan permitteren om ergens in te geloven. De jury neemt daar geen genoegen mee en vraagt door.

Om dit slot te bereiken heb je wel degelijk die eerdere hoofdstukken nodig, wat voor de lezer jammer is. Ik had liever gezien dat Coetzee dat laatste surreële hoofdstuk als basis voor zijn verhaal had genomen met daarin enkele fragmenten verwerkt van de voordrachtervaringen van Elizabeth. Coetzee wilde kennelijk niet schrappen in de lezingen die hij voor zijn personage had klaarliggen. Wat overblijft is een boek vol ideeën, origineel in opzet, sterk van stijl, echter te langdradig om als geheel geslaagd te noemen.

Ricco van Nierop